Ventileren is het 24 uur per dag verversen van binnenlucht met verse buitenlucht.
Ventilatielucht uit een kamer mag niet in de gang terechtkomen.
Kamers op onderdruk
Een goed
gebalanceerd ventilatiesysteem op ruimteniveau in zorggebouwen vereist een andere manier van ontwerpen. Ventilatielucht uit een kamer mag niet in de gang terechtkomen, maar moet via een eigen
sanitaire ruimte worden afgezogen. Dat is een trendbreuk met de opzet van ventilatiesystemen in de meeste recent gebouwde verpleeghuizen, zegt Anne Brouwer namens het Expertpanel Zorg.
Ventilatielucht wordt nu de kamers ingeblazen en komt door overdruk in de gang terecht, waar hij in het afzuigkanaal verdwijnt. En vaker nog gebeurt het andersom, waarbij de kamers op onderdruk
staan en via de gangen wordt toegevoerd.
Toevoer en afvoer in balans
Met kamers op onderdruk wordt voorkomen dat bewonersluchtjes in de gemeenschappelijke gangen terechtkomen. “Dat is een heel logische keuze, maar nu geeft het een
risico omdat ook besmettingen naar binnen kunnen worden gezogen.” Bij nieuwe gebouwen moet dit ontwerp daarom in de prullenbak verdwijnen. In het ontwerp moeten toevoer en afvoer per kamer in
balans zijn. Verhoging van het debiet is noodzakelijk, “zodat je de lucht in de kamer verdunt en je minder geuren hebt.” En ook de gang moet goede ventilatie krijgen. “Ga hem als een serieuze
ruimte beschouwen met eigen toevoer en afvoer. Er loopt personeel in rond, er gebeurt daar van alles.”
‘40 tot 50 kuub per persoon’
Voor gemeenschappelijke ruimtes zoals een woonkamer geldt een luchthoeveelheid van zo’n 40 tot 50 kuub per persoon. Dit komt overeen met de hoeveelheid die veelal
ook bij het ontwerp van kantoren wordt aangehouden en het is ongeveer het dubbele van de minimumeisen in het Bouwbesluit. “Omdat bewoners vaak grote delen van de dag in de gezamenlijke woonkamer
verblijven, is het van belang om het ventilatievoud goed af te stemmen op het daadwerkelijke gebruik en de bezetting van de ruimte. Inclusief bezoekers en personeel.”
Geringe inhoudelijke kennis
Het is voor de expertgroep lastig om alles in kaart te brengen en iedere instelling te bereiken. Vaak is er geen facilitaire dienst meer en zorgt een plaatselijke installateur
voor het onderhoud. Inhoudelijke kennis van het systeem is dan gering en vaak zijn revisiegegevens niet up-to-date. In zijn tour door Nederland zag het expertpanel de laatste maanden veel
verschillende systemen, waarvan een deel op basis van recirculatie. Brouwer ontdekte soms merkwaardige technieken, zoals bij een zorginstelling waar drie kamers op één ventilatiebox waren
aangesloten. Lucht werd er grotendeels gerecirculeerd, met wat bijmenging van buitenlucht. “Het waren drie afzonderlijke kamers, maar luchttechnisch waren ze met elkaar verbonden. We hebben
gezegd dat je zo’n systeem moet afsluiten.”
Warmteterugwinning vervangt recirculatie
Recirculatie van lucht op centraal niveau komt in oudere gebouwen “bij uitzondering nog voor”. Het was vroeger een effectieve manier om de energieverliezen door
ventilatie te verminderen, aldus Brouwer. “Het was gebruikelijk om 50 procent retourlucht bij te mengen. Op zich geen gek idee. Alle afgezogen lucht is niet zuurstofarm of vies, want niet alle
ruimtes worden tegelijkertijd gebruikt. Het is heel energiezuinig.” Bij vervanging van de oude luchtbehandelingskast is de recirculatiesectie vaak al buitenspel gezet en vervangen door echte
warmteterugwinning. “Het is nu aan het uitsterven.” Overigens hoeft recirculatie met een centraal opgesteld luchtbehandelingssysteem niet per definitie meteen te worden gesloopt. “Als je maar
zorgt voor goede verse luchttoevoer.”
Warmtewiel mag draaien
Over het warmtewiel zijn de opvattingen bijgesteld. In eerste instantie was het advies om warmtewielen stil te zetten, vanuit de optiek van ‘better safe than
sorry’. “Dat hoeft niet meer, mits het wiel goed is geïnstalleerd”, legt Wim Maassen van het Corona Expert Panel Zorg uit. Bij oudere systemen zit de afzuigventilator soms aan de verkeerde kant
van het wiel. “Hij duwt de lucht door het warmtewiel, maar de aanvoersectie staat aan het wiel te zuigen, en dan kun je lekken van 15 tot 20 procent krijgen. De laatste 10 jaar is door
voortschrijdend inzicht geen enkel wiel meer op die manier neergezet.” Bij een goed geïnstalleerd wiel is het lekpercentage te gering om een risico te vormen, zegt Maassen. “Aerosolen moeten
helemaal via de afzuigkanalen door de ventilator heen, en via het warmtewiel weer terug het gebouw in. Het lijkt heel onwaarschijnlijk dat een virusdeeltje dan nog besmettelijk is.” (Bron: RCC
K&L)
Hakselseweg 61
6713KV Ede
0318-300066
info@zuyderduin.nl